Ik ben ruim vijftien jaar parttime leraar geweest en heb voor mijn 30 boeken de eer ontvangen mij ridder in de Orde van Oranje-Nassau te mogen noemen.

 
Wim vertelt
Zo langzamerhand veertig jaar ben ik schrijvend journalist. Als freelancer heb ik voor diverse kranten geschreven: Het Vrije Volk, (de wetenschapsbijlages van) NRC-Handelsblad en het Parool, het Rotterdams Dagblad en het Brabants Dagblad.

Hoe beter ik het Nederlands ging beheersen, hoe vaker ik gevraagd werd de artikelen van collega’s na te kijken. In feit het werk dat ik nu voor Scriptium doe.

Daarbij zal meegespeeld hebben dat ik ook een jaar of vijftien parttime leraar ben geweest en dus graag het rode pennetje mag hanteren (iedereen heeft een slechte eigenschap, nietwaar?).

Zoals veel journalisten heb ook ik de wens voelen opkomen iets ‘blijvenders’ te schrijven dan een krantenartikel. Een boek dus. En dat is er niet bij een gebleven.

(Dertig zijn het er geworden, zo blijkt uit de brief die ik op 24 april 2020 ontving en waarin ik te horen kreeg dat ik mij – gezien mijn journalistieke verdiensten – ridder in de Orde van Oranje-Nassau mag noemen.)